

Magali Clavie, voorzitter van de Belgische Kansspelcommissie (BGC), over de wettelijke mijlpalen van 2025 en de prioriteiten van de Commissie in de aanloop naar de geplande structurele hervormingen.
Magali Clavie, voorzitter van de Belgische regelgevende instantie voor kansspel, en tevens de kansspelcommissie om te praten over het cruciale jaar van de Commissie, gekenmerkt door ingrijpende veranderingen in de regelgeving en groeiende internationale samenwerking.
Tijdens het interview bespreekt Clavie ook de vroege impact van het verhogen van de minimumleeftijd voor gokken, de uitdagingen van het afdwingen van het strikte reclameverbod van België en de bezorgdheid over de verschuiving van jonge spelers naar platforms zonder vergunning en zij schetst ook de prioriteiten van de Commissie bij de voorbereiding van een grote structurele hervorming in 2026, met als doel de handhaving te versterken, de bescherming van de consument te verbeteren en het regelgevingskader te moderniseren.
We gaan de tweede helft van 2025 in. Welke beoordeling kan worden gemaakt van wat er tot nu toe dit jaar is bereikt en welke doelen nog moeten worden bereikt?
2025 is een jaar dat wordt gekenmerkt door de implementatie van nieuwe regels, bijvoorbeeld beperkingen op reclame en sponsoring, een nieuwe minimumleeftijd voor gokken en maatregelen om online gaming sites op te splitsen.
Tegelijkertijd is 2025 ook een jaar van voorbereiding op een belangrijke hervorming voor ons als toezichthouder en de federale regering heeft een hervorming van de Kansspelcommissie aangekondigd, waarbij de minister van Economie de exclusieve vertegenwoordiger van de regering is en de eerste stappen van deze hervorming worden nu gezet en de verwachting is dat de Kansspelcommissie in januari 2026 naar het ministerie van Economische Zaken zal verhuizen.
De minister van Economische Zaken heeft verschillende andere maatregelen aangekondigd die tijdens deze wetgevende macht zullen worden genomen, bijvoorbeeld het opvoeren van de strijd tegen illegaal gokken, zowel online als op het land.
Dit doel is om een veiligere markt te creëren en spelers te beschermen tegen misbruik en tegelijkertijd heeft de Kansspelcommissie haar externe samenwerking en internationale aanwezigheid blijven vergroten en intensief samengewerkt met regelgevers in andere rechtsgebieden om illegale kansspelen te bestrijden en beschermingsmaatregelen voor spelers te ontwikkelen.
Een kernpijler van deze samenwerking is het Europees Forum voor kansspelregelgevers (GREF), waarvan ik de eer heb eerder dit jaar vicevoorzitter te worden benoemd.
“De Kansspelcommissie zal in januari 2026 verhuizen naar het departement van minister van Economie.”
Magali Clavie, voorzitter van de Belgische Kansspelcommissie (BGC).
België verhoogde de minimumleeftijd voor kansspelen van 18 naar 21 in alle sectoren, met ingang van september 2024 en hoe beoordeelt u de vroege effecten van dit beleid op de bescherming en de vraag van spelers?
De generalisatie van de minimale leeftijd is logisch omdat spelconcepten ook zijn geëvolueerd.
Wedden wordt bijvoorbeeld traditioneel beschouwd als een minder schadelijke activiteit dan andere kansspelen en daarom was weddenschappen toegankelijk voor personen die op 18-jarige leeftijd begonnen, maar de laatste tijd is deze activiteit steeds meer gamified geworden, met elementen zoals combinatie weddenschappen en live weddenschappen.
Deze elementen kunnen het product gevaarlijker maken voor spelers, vooral jongeren, voor wie wedden zeer aantrekkelijk is en dat gezegd hebbende, is het nog een beetje vroeg om de concrete effecten van deze maatregel in termen van spelersbescherming te beoordelen.
Voor de nieuwe verordening identificeerden we elk jaar ongeveer 30.000 nieuwe spelers tussen de 18 en 20 jaar. Deze groep kon vroeger spelen, maar dat mag niet meer en de vraag is nu wat deze jongeren doen, zijn ze echt gestopt met spelen?
We voerden een onderzoek uit in het voorjaar en ontdekten dat bijna 40 procent van de jongeren onder de 21 jaar toegaf nog steeds kansspelen te spelen en we vrezen dat ze zich hebben gewend tot illegaal aanbod, omdat uit het onderzoek bleek dat bijna de helft van de jongeren op de hoogte was van ten minste één illegale website bij naam.
Onze onderzoeken leren ons inderdaad dat legale exploitanten merkbekendheid bij jongeren verliezen, terwijl illegale exploitanten binnen deze groep steeds meer bekendheid krijgen.
Uit recente gegevens van de Belgian Association of Gaming Operators (BAGO) blijkt dat 65 procent van de mannelijke spelers van 18 tot 21 jaar zich sinds de verhoging van de minimumleeftijd heeft verhoogd tot kansspelplatforms zonder vergunning.
Hoe reageert de Belgische Kansspelcommissie op deze cijfers en de gevolgen daarvan voor de kanalisering en consumentenbescherming?
Zoals eerder vermeld, aangezien deze zeer jonge spelers niet langer mogen deelnemen aan het juridische circuit, kan niet worden uitgesloten dat illegale exploitanten zich nu op hen richten en we hebben geen manier om te volgen waar ze in de tussentijd naartoe gaan, maar volgens onze studie heeft 20 procent van de spelers van 18 tot 20 jaar deelgenomen aan illegale kansspelen.
Dat is nog steeds 20 procent te veel, maar lager dan de 65 procent die de industrie aanhaalt.
Volgens onze studie heeft 20 procent van de spelers van 18 tot 20 jaar deelgenomen aan illegale kansspelen.
Magali Clavie, voorzitter van de Belgische Kansspelcommissie (BGC).
Welke maatregelen worden overwogen om zelfuitsluitings – instrumenten en leeftijdsverificatiesystemen uit te breiden tot buiten de gelicentieerde sector?
Leeftijdsbeperkingen en regels voor zelfuitsluiting zijn in elk rechtsgebied verschillend. Belgische exploitanten zijn verplicht om ons Informatiesysteem voor uitgesloten personen (EPIS) te implementeren, dat leeftijd verificatiemaatregelen omvat en exploitanten die in België geen vergunning hebben, mogen hun wedstrijden niet aanbieden aan personen in België.
We zoeken actief naar deze platformen en proberen ervoor te zorgen dat hun kansspel niet beschikbaar is in België, helaas zijn wij niet bevoegd om aanvullende regels op te leggen aan deze sites die niet onder onze jurisdictie vallen.
België heeft een verbod op de meeste kansspelreclame ingevoerd en het verbod wordt vanaf januari 2028 uitgebreid tot de sponsoring van kansspel in de sport en wat is de huidige beoordeling door KSC van de effectiviteit van het verbod bij het bereiken van de doelstellingen van het publiek en welke specifieke, proactieve strategieën worden ontwikkeld of geïmplementeerd om het publiek inzicht en de naleving van dit verbod aanzienlijk te verbeteren?
Het algemene reclameverbod is effectief in het verminderen van de aanwezigheid van gokken in het straatbeeld, op televisie en in de pers.
Dat gezegd hebbende, sommige aspecten van het verbod blijken in de praktijk moeilijk te handhaven en operators mogen bijvoorbeeld geen e-mails meer naar hun spelers sturen en het is echter niet altijd duidelijk of communicatie naar spelers (bijvoorbeeld e-mails of sms-berichten) alleen maar informatief is of bedoeld als een impliciete vorm van publiciteit.
We betreuren het ook dat sommige exploitanten proberen het reclameverbod te omzeilen door nieuwe afgeleide merken en logo’s te maken en deze te gebruiken om te adverteren.
Ook moet worden opgemerkt dat het verbod op sportsponsoring in een internationale context moeilijk toepasbaar is gebleken en organisaties die in andere rechtsgebieden zijn gevestigd, kunnen sponsoring voor exploitanten met een vergunning aanvaarden, waardoor een nadelige positie wordt gecreëerd voor exploitanten die in België een vergunning hebben.
Ten slotte gaat het verbod vrij ver als het gaat om online publiciteit. Licentiehouders mogen bijvoorbeeld geen gebruik meer maken van gesponsorde of gepromote berichten op sociale media, dit maakt het tevens de Belgische markt vooral aantrekkelijk voor illegale marktdeelnemers, die ondanks het verbod regelmatig online adverteren en we hebben ook veel gevallen gezien waarin kwaadwillende actoren de merknamen en logo’s van Belgische exploitanten misbruiken om kwaadaardige websites te adverteren.
De BGC heeft onlangs een Memorandum van Overeenstemming ondertekend met de Ierse Kansspelautoriteit en hoe belangrijk zijn dergelijke overeenkomsten met internationale toezichthouders en welke belangrijke voordelen brengen zij?
Overeenkomsten met andere regelgevers zijn een waardevol instrument voor de samenwerking van de Kansspelcommissie met andere actoren en ze helpen ons ervoor te zorgen dat alle gegevens die we uitwisselen veilig en volledig worden behandeld aan de regels inzake privacy en gegevensbescherming, deze afspraken helpen ons ook om duidelijke verwachtingen te stellen met onze partners.
Over het algemeen zijn wij overtuigd van de toegevoegde waarde van de internationale samenwerking, op multilateraal niveau, zoals de GRIV, of bilateraal en we staan allemaal voor soortgelijke uitdagingen en hebben nog veel te leren van ervaringen van andere landen, zelfs als onze wetgeving verschilt.
Wat zijn de topprioriteiten van de Belgische Kansspelcommissie voor de komende jaren op het gebied van handhaving, consumentenbescherming en innovatie in de regelgeving in België?
Momenteel is de Kansspelcommissie echt aan hervorming toe, evenals een aanzienlijke toename van haar personeel en de huidige capaciteit van onze organisatie is niet voldoende om onze missie als toezichthouder te volbrengen en daarom is de Kansspelcommissie dringend noodzakelijker om meer onafhankelijkheid en de autonomie te krijgen om haar eigen aanwervingsprocedures uit te voeren.
Met een voltijdse equivalent van 33 personen is het aantal actieve personeelsleden binnen het personeel van de Kansspelcommissie lager dan in 2010. In de tussentijd is de kansspelsector blijven evolueren en heeft de toezichthouder nieuwe taken op zich genomen, zoals het reguleren van weddenschappen, online kansspelen en reclame.
Het nemen van deze taken vereist een sterke toezichthouder met zeer gespecialiseerd personeel.