

Europese toezichthouders hebben een duidelijke visie nodig om hun markten vooruit te helpen, en sommige lopen nog steeds achter, heeft de European Gaming and Betting Association (EGBA) gezegd.
Dat heeft Maarten Haijer, secretaris-generaal van de EGBA, gezegd, die vorige maand in Lissabon plaats om het huidige kansspellandschap in heel Europa te bespreken.
Haijer, die de leiders in verstandige regelgeving overschreed, wees op Denemarken als een van de voor de hand liggende voorbeelden van de visie en structuur van de regelgeving die een duidelijke richting vaststelt voor waar zijn markt naartoe gaat.
Niet genoemd in de discussie maar misschien wel het waard om aan die voorbeelden toegevoegd te worden is ook België, dat onlangs een zesjarige regelgevingsstrategie in gang heeft gezet die zijn verschillende ministeries nauw met elkaar zal zien samenwerken om een duurzame kansspelsector verder te ontwikkelen.
Nederland als slecht voorbeeld
Nederland werd echter een uitschieter in de anders lovende woorden van Haijer voor de gokautoriteiten van Europa – een bekend gesprekspunt voor veel exploitanten die het afgelopen jaar of zo worstelen met hoge belastingen en strenge eisen in het land.
Een regeringsuitval eerder dit jaar en het daaropvolgende vertrek van Teun Struycken, de belangrijkste persoon voor beslissingen over het kansspelbeleid in Nederland, brachten de lokale sector in ontzetting met tonnen verwachte hervormingen die in de lucht bleven hangen.
En dat wil niet zeggen dat de hervormingen die het wel doormaakten ook een positief effect hadden en na de invoering van bijvoorbeeld depositolimieten schatte de toezichthouder Kannspelautoriteit (KSA) dat de markt met een vergunning is gekrompen tot 49% in vergelijking met de 51% van de zwarte markt in termen van GGR.
“Door de stortingslimieten in te voeren, die voor mensen aan de buitenkant misschien leuk of logisch klinken, is het echte effect dat mensen die meer spelen – dat je waarschijnlijk meer wilt beschermen dan mensen die niet heel weinig spelen of spelen – naar de zwarte markt gaan, zei Haijer.
Op SBC Summit Lissabon herhaalde Jesper Svensson, CEO van Betsson Group, de woorden van Haijer enigszins door op te merken dat klanten vrijheid willen en gelicentieerde operators dat niet altijd kunnen bieden.
Nadenkend over die verklaring zei Haijer: Ik ben het ermee eens dat we de klant wel in gedachten moeten nemen en als we te veel obstakels voor de speler zetten zal het niet werken.
Wanneer de spelerservaring heel slecht is, gaan klanten ergens heen waar ze vrij kunnen spelen en dus ik ben het ermee eens en dat gezegd hebbende, moeten we wel voldoen aan wettelijke eisen.
Is een uniform EU-kader mogelijk?
De oplossing voor niet alleen de strijd van Nederland met de zwarte markt, maar ook voor andere EU-landen die lijden aan blootstelling aan de zwarte markt, zou een geharmoniseerde Europese wetgeving kunnen zijn die een gemeenschappelijk beschermingskader tegen deze dreiging vastlegt.
In feite hebben meerdere landen in het verleden Brussel bekritiseerd voor dat, waarvan er één verrassend Bulgarije is – een staat die op papier achter West-Europa zit op het gebied van kansspelvoorschriften het bereiken van een uniforme wetgeving is echter gemakkelijker gezegd dan gedaan, waarbij Haijer wijst op een overvloed aan redenen waarom we er in de nabije toekomst misschien niet een zouden zien.
Voor Haijer is het grootste obstakel dat gokken een nationale aangelegenheid is, genuanceerd door alle financiële en fiscale fijne kneepjes van elk land en daarom dringt niemand actief aan op een uniform kader voor het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie, vandaar het huidige gebrek aan belangstelling van deze twee wetgevende organen.
Er is echter nog enige hoop over, waarbij Haijer het erover eens is dat een stap naar een geharmoniseerde wetgeving zinnig zou zijn gezien hoe vergelijkbaar de wetgeving inzake kansspel wetgeving in alle lidstaten is geworden en uiteindelijk zal marktfragmentatie uiteindelijk dit idee maken of breken, vooral als het gaat om reclameregels die variëren tussen algemene verboden en gedeeltelijke blokken in heel Europa.
Veiliger gokken nog steeds een prioriteit in heel Europa
Wat het resultaat ook is, EGBA en haar leden zullen veilige gokpraktijken blijven bevorderen door middel van internationale initiatieven zoals de European Safer Gambling Week, die toezichthouders, exploitanten, academici en mensen met geleefde ervaring samenbrengt om te praten over probleemgokken.
Het is niet ongebruikelijk dat het handelsorgaan rechtstreeks communiceert met de overheidsinstanties, een voorbeeld van dat EGBA’s recente verschijning op de Roemeense nationale tv vanuit de zalen van het parlement van het land, waarin wordt opgeroepen tot een betere zelf uitsluiting.
De grootste recente prestatie voor de organisatie, en in veel opzichten doet denken aan een uniform EU-kader – hoewel volledig vrijwillig – is het succesvol doorgeven van een nationale normalisatie voor markers van schade in het Europees Comité voor Normalisatie, gesteund door een meerderheid van de EU-lidstaten.
Markers van schade zijn veranderingen in het online gokgedrag van een speler die mogelijk kunnen leiden tot een risicovoller gedrag en we hopen op een meer structurele benadering van een aantal van deze dingen en we hopen dat dit de eerste van meer zal zijn om te volgen en het zal meer aandacht, meer debat en meer bereidheid creëren om nauw samen te werken, concludeerde Haijer.