Voorafgaand aan het Kamerdebat van volgende week over online gokken heeft minister van Rechtsbescherming Franc Weerwind verschillende documenten met de Tweede Kamer gedeeld.
Deze omvatten een preventieagenda voor kansspelverslaving, een kwalitatief onderzoek naar de manier waarop jongvolwassenen de risico’s van spelen effectief kunnen communiceren en een kwantitatief onderzoek naar spelgedrag onder spelers van 18 tot 23 jaar.
De belangrijkste conclusies uit de brief van de minister en de bovengenoemde documenten zijn de volgende:
Grote wijzigingen in de regelgeving (bijvoorbeeld strengere reclameregels, aanvullende spelbeperkingen) zullen pas worden voorgesteld nadat de geplande evaluatie van de Wet kansspelen op afstand in oktober 2024 is afgerond.
Een geschikt raamwerk om effectief met jongvolwassenen te communiceren over de risico’s van gokken ontbreekt momenteel.
Opvallend is dat noch exploitanten, organisaties voor verslavingspreventie, noch zelfs de overheid door de respondenten van het onderzoek als voldoende betrouwbaar (of relevant) worden gezien om geschikte boodschappers te zijn.
Onder gokkers tussen 18 en 23 jaar wordt de overgrote meerderheid (78%) geclassificeerd als niet-problematische spelers of gokkers met een laag risico en 14% wordt echter beschouwd als gokker met een hoog risico.
